Blog: Vliegende fietsenmakers

Blog: Vliegende fietsenmakers

Fokke Buwalda is directeur van B-Mex B.V. in Wageningen. Fokke schrijft deze blog exclusief voor Goedemorgen.

Terwijl ik dit schrijf is de lockdown van kracht. Het valt op hoe gewend we waren aan dat drukke vliegverkeer boven ons hoofd. Nu hoor je ineens nauwelijks nog vliegtuigen. Overigens was ooit een tijd dat er nog helemaal geen vliegtuigen waren. Toen kwam de eerste. Maar dat ging niet vanzelf…

Ik herinner me het verhaal over de gebroeders Wright die, vanuit hun Amerikaanse fabriekje van fietsen, drukpersen en andere hardware, op eigen kosten de eerste werkende vliegmachine hadden ontwikkeld. Hulde aan de geniale eigenwijsheid van deze twee pioniers, die in 1903 de eerste echte vliegtuigvlucht uit de geschiedenis maakten. Er was veel aan te merken op hun vliegtuig, maar het ging ze om het principe. Ze hadden fundamenteel nagedacht over het probleem dat je een vliegtuig in drie dimensies moet kunnen besturen en waren met een werkende oplossing gekomen. Dit tot groot chagrijn van het beroemde Smithsonian Institute, een grote Amerikaanse onderzoeksinstelling waar in diezelfde periode ook een vliegtuig was ontwikkeld. Alleen kon dat helaas niet vliegen. Het succes van de Wright brothers was een gevoelige klap voor de reputatie van het beroemde instituut, dat vreesde daardoor voortaan lucratieve subsidiepotjes mis te zullen lopen. Er zijn in de 15 jaren na die eerste vlucht nog kapitalen besteed aan het reconstrueren en stiekem verbeteren van het mislukte Smithsonian vliegtuig, waarbij de hele trukendoos werd opengetrokken om te bewijzen dat hun oorspronkelijke vliegtuig wel degelijk zou hebben kunnen vliegen, en dat de gebroeders Wright dus eigenlijk toch niet de eersten waren. Pas toen een Britse patentrecht-deskundige de onderzoekers van het instituut ontmaskerde staakten ze eindelijk hun pogingen. Toch heeft het nog tot 1943 geduurd voordat het instituut het bedrog officieel toegaf.

Tja, hoe kom ik hier eigenlijk op? Wij hebben in de afgelopen jaren samen met OCAP met een klein budgetje en een hele hoop eigen inspanning een rekenmodel ontwikkeld. Tuinbouwbedrijven die zijn aangesloten op de CO2-leiding van OCAP kunnen daarmee bekijken hoe ze de OCAP CO2 het meest effectief kunnen inzetten. Op het zolderkamertje dat we destijds als kantoor gebruikten voor onze startup, voelden we ons soms ook een beetje als die eigenwijze Wright brothers in hun fietsenfabriekje. Gedreven door het idee dat het mogelijk moet zijn, doorbikkelen tot het eindelijk werkte.

Daar houdt de vergelijking wel ongeveer op. Er is hier gelukkig geen onderzoeksinstelling die ons het succes misgunt en rechtszaken begint. Sterker nog: uitgangspunt voor ons OCAP-adviessysteem was een model dat ooit is ontwikkeld door WUR Glastuinbouw.

Maar toch: het geeft soms wel te denken. Wij zijn wel eens verbaasd over hoe weinig praktisch toepasbare kennis over CO2 de tuinders eigenlijk tot hun beschikking hebben. We zijn hier het Silicon Valley van de glastuinbouw. Op het gebied van duurzaamheid, kassenbouw, productiviteit, energie-efficiëntie en vermindering van schadelijke middelen zijn indrukwekkende successen geboekt. En ja, iedereen weet natuurlijk wel dat CO2 nodig is voor een goede groei. Maar de simpele vraag hoeveel een kg gedoseerde CO2 waard is? Vrijwel niemand in dit toonaangevende landje die daar een goed antwoord op kan geven. En dat met de vele miljoenen die jaar in jaar uit aan gesubsidieerd onderzoek worden uitgegeven. Moet ik toch weer een klein beetje aan dat Smithsonian Institute denken…

Bron: Fokke Buwalda

Deel artikel