Hans Ligtenberg: Inhoud of dozen schuiven?

Enkele weken geleden gaf de Westlandse professor Jaap van Duijn een interview over zijn visie op de toekomst van de tuinbouw in het Westland. Hij was toch een beetje somber en vroeg zich af of er over 20 jaar nog wel tomaten geteeld worden? Nu ken ik de heer van Duijn als een erudiet en wijs man, maar ik ben wat minder somber, mits de lokale politiek de juiste beslissingen neemt.

Als ik de heer van Duijn goed begrijp  kunnen we met de huidige technologie nu overal ter wereld tomaten telen. Telen daar waar de vraag en personeel aanwezig is. Ik denk dat dit wel klopt, er is een enorme druk op de ruimte en er zijn steeds minder mensen bereid om in de sector te werken. Dus het gaat ergens een keer wringen. Dit gaat des temeer wringen als we ook nog veel ruimte geven aan extra logistieke dienstverlening.

Het stimuleren van de in- en export van allerlei exotische fruit naar het Westland is eigenlijk gekkenwerk. Deze handel voegt nauwelijks iets toe aan de waarde voor het Westland. Daarnaast haal je werkgelegenheid naar het Westland waarvoor in hetzelfde Westland en Den Haag, geen mensen beschikbaar zijn. Je moet dus naast de goederen ook de noodzakelijke hoeveelheid personeel importeren en uiteraard huisvesten, met alle problemen van dien. Daar komt nog bij dat er een enorme extra verkeersdruk woonomgeving ontstaat (1800 vrachtwagens per etmaal extra?).

De nadelen en kosten daarvan komen voor rekening van de lokale overheid, dus de burger. De betreffende ondernemers lachen zich rot. Ook op het gemeentehuis is de stemming positief, de kosten van de werkzaamheden voor de wijziging van het bestemmingsplan worden door de ondernemer betaald. Afwijzen van het bestemmingsplan wordt dus buitengewoon lastig. “Wij van WC-eend...!” Wie betaalt bepaalt, zo verliest de politiek wel haar vertrouwen. Internationale ervaring leert trouwens dat er met de import van exotisch fruit ook nog andere gewenste rotzooi mee komt. In de Rotterdamse haven weten er alles van.

De politiek zou ook een andere keuze kunnen maken. De tuinbouwsector van  het Westland staat in de wereld heel hoog aangeschreven. De wereld verbaast zich over onze kwaliteit en productiviteit. Vanuit de hele wereld komen mensen op bezoek in het WHC om te zien en te ervaren hoe wij dat in het Westland doen. De Westlandse politiek zou zich ook kunnen focussen op de ontwikkeling van een echte groene, inhoudelijke tuinbouw-hightech-campus. In het Westland hebben we de beschikking over een fors aantal top-bedrijven, stevig MBO-HBO tuinbouwonderwijs, een sterke link naar de WUR en een geweldig professionele infrastructuur van ondersteunende en toeleveringsbedrijven. Steun vanuit de overheid als zijnde een “Topsector”.  Alles wat een topsector nodig heeft is aanwezig en beschikbaar.

Voor een succesvolle ontwikkeling van het Westland heb je wel een professionele werk- en woonomgeving en goed algemeen onderwijs nodig (dus iets meer diepgang dan in de huidige campusplannen). En ook een omgeving waar hoog opgeleide professionals graag willen wonen en werken. Het strand en cultureel Den Haag hebben voor deze doelgroep ook heel wat positiefs te bieden.

Dus lokale politiek: (lege) dozen schuiven of hightech tuinbouw? Luister naar de samenleving!

Bron: Hans Ligtenberg