Meer Nederlanders voorstander kernenergie

Meer Nederlanders voorstander kernenergie

Nederland zou meer kernenergie moeten gebruiken, vindt 36 procent van de volwassenen. In 2020 was dit nog 25 procent. Vooral mannen, ouderen en hoogopgeleiden zijn voorstander van meer kernenergie. Ook regionaal zijn er verschillen. Inwoners van Zeeland, waar momenteel de enige kerncentrale staat, zijn het meest positief over kernenergie. Dat meldt het CBS op basis van het onderzoek Belevingen 2023.

In 2020 vond 25 procent van de Nederlanders van 18 jaar of ouder dat er meer kernenergie gebruikt moest worden, 18 procent vond juist dat het gebruik moest verminderen, en 25 procent was helemaal tegen het gebruik van kernenergie. In 2023 steeg de steun voor meer kernenergie naar 36 procent, terwijl 12 procent vindt dat het gebruik verminderd moet worden en 15 procent wil dat het helemaal stopt. De Nederlandse bevolking is in de afgelopen drie jaar dus positiever gaan denken over het gebruik van kernenergie.

Vooral mannen en ouderen voorstander van kernenergie
Mannen staan positiever tegenover meer kernenergie dan vrouwen: 49 tegen 23 procent. Ouderen zijn vaker voorstander dan jongere leeftijdsgroepen. Van de 35- tot 45-jarigen wil 30 procent meer kernenergie, van de 75-plussers vindt ruim 40 procent dat Nederland er meer gebruik van moet maken. Ook mensen met een hbo- of universitair diploma zijn vaak voorstander van kernenergie. Inwoners van Zeeland, de enige provincie waar een werkende kerncentrale staat (Borssele), zijn het meest positief over het gebruik van kernenergie: 40 procent van hen vindt dat Nederland meer kernenergie moet gebruiken. In Groningen is het aandeel inwoners dat kernenergie steunt met 31 procent het laagst.

Draagvlak voor meer duurzame energie en minder fossiel
Een meerderheid van de Nederlanders wil dat er minder gebruik wordt gemaakt van fossiele brandstoffen of vindt dat er helemaal mee gestopt moet worden. Duurzame energiebronnen zoals windenergie, zonne-energie, aardwarmte en waterkracht moeten juist meer worden gebruikt, volgens de meeste mensen. De steun voor zonne-energie is met 78 procent het grootst, gevolgd door windenergie met 69 procent. Deze percentages zijn iets lager dan in 2020.

Bron:

Deel artikel